Aan de rand van het Holtingerveld ligt Ootmaanlanden. Dit gebied wordt momenteel opnieuw ingericht. Samen met het verderop gelegen Koningsschut kan het in de toekomst, bij extreem veel neerslag, 400.000 m3 water opvangen.

Voor deze noodberging zijn kades nodig van zo'n 70 centimeter hoog. Bij een erg natte periode kan het overtollige water dan vanuit de Oude Vaart, via de Drentse Hoofdvaart het gebied in. Zo houdt Meppel droge voeten. Om te voorkomen dat de natuur in het gebied teveel schade oploopt, wordt het water wordt na uiterlijk acht dagen weer afgevoerd richting de Oude Vaart.

Ootmaanlanden ligt als een halve maan om een deel van het Holtingerveld. Door de veranderingen helpt het de verdroging van het Holtingerveld tegen te gaan.

Meer kleur en diversiteit

De natuur krijgt dankzij deze herinrichting een enorme impuls. Het gebied is eigenlijk een beekdalflank van de Oude Vaart, waar de Drentse Hoofdvaart dwars doorheen is gegraven. Daar zag je nauwelijks meer wat van; het werd lange tijd gebruikt voor de landbouw. De bodem is daardoor fosfaatrijk geworden. Door die grote hoeveelheid fosfaat krijg je niet de ontwikkeling van flora die hoort bij het oorspronkelijke beekdal. Daarom is de bovenste laag van de bodem afgegraven, geplagd. Dit maakt de ontwikkeling van vochtige hooilanden, natte schraallanden en kruidenrijke graslanden weer mogelijk: er komt meer kleur, meer diversiteit.

Natuurmonumenten hoopt op de terugkomst van planten die bij het beekdallandschap horen. In de vettige veenlaag van de bodem zit mogelijk nog zaad dat nu tot ontwikkeling komt. Denk aan soorten als dotterbloem, holpijp, orchidee, blauwe knoop en klokjesgentiaan. Om dit proces te helpen is ook maaisel (en dus zaden) uit nabij gelegen natuurgebieden over het gebied uitgestrooid. Ook wordt geprobeerd het grondwater (met kwel) omhoog te krijgen. Je ziet in het gebied de aanwezigheid van kwel: je komt korrels en hele klompen 'ijzeroer' tegen.

In het gebied liggen kilometers aan elzensingels; die blijven behouden en worden hersteld. Ze zijn cultuurhistorisch van waarde maar ook voor de biodiversiteit. Ook Gelderse roos, veldroos, hondsroos en zwarte bes komen er voor.

De gevarieerde flora gaat de insecten, zoals bijvoorbeeld de bruine vuurvlinder, weer van nectar voorzien. Ook de kamsalamander, ringslang, grauwe klauwier, moerassprinkhaan en vele andere diersoorten hebben baat bij de veranderingen. Bij Koningsschut is een vispassage gemaakt, zodat vissen zonder blokkades hun weg kunnen vervolgen.

Boswachter Tineke Bouwmeester wandelt door Holtingerveld, Ootmaanlanden en Koningsschut. Zie het in de ROEG!-uitzending van 26 oktober: vanaf 17.11 uur op TV Drenthe, of kijk terug online.