De grote karekiet is een van de zeldzaamste broedvogels in ons land. In Drenthe komt de vogel op slechts drie plekken voor waaronder in Oude Kene en Diependal. Uit onderzoek van vogelbeschermers is gebleken dat het aantal territoria van de vogel het afgelopen jaar met ongeveer 10 procent is toegenomen ten opzichte van het jaar daarvoor.
De toename komt voor een belangrijk deel door het 'Beschermingsproject Grote Karekiet' dat in 2015 van start ging, aldus Vogelbescherming Nederland.
Rietbewoner
De grote karekiet is voor zijn overleving aangewezen op gebieden met stevig, overjarig riet aan de rand van open water. Alleen deze rietkragen kunnen het zware nest van de broedvogel dragen.
Sinds de jaren vijftig van de vorige eeuw is de soort met 90 procent afgenomen. Dat komt vooral door de afname van brede waterrietzones, door een tegennatuurlijk peilbeheer en door verrijking van het oppervlaktewater.
Herstel
Om de achteruitgang tegen te gaan coördineert de Vogelbescherming het beschermingsproject dat gericht is op het verbeteren van het leefgebied, het vergroten van draagvlak voor herstel van moeras en rietkragen en het onderzoeken of de genomen beschermingsmaatregelen werken. De toename van het aantal territoria is een voortzetting van de licht stijgende trend die de afgelopen jaren is waargenomen.
Broeden
Grote karekieten brengen de winter door in tropisch Afrika en vertrekken eind maart richting het noorden op zoek naar broedplekken. Het broedseizoen loopt van half mei tot midden juli. In de meeste gevallen is er sprake van één broedsel met vier tot vijf eieren. Na twee weken komen de eieren uit en na nog eens twee weken verlaten de jongen het nest. De vogels leven van insecten die ze bij elkaar scharrelen in het riet.