Als het ergens in Drenthe niet goed gaat met stikstof, dan is het het Fochteloërveen wel. In minder dan 1 procent van de stikstofgevoelige plekken in het natuurgebied is er geen sprake van te veel stikstof.
Stikstof. Een van de grootste thema's in het afgelopen jaar. Maar wat is de impact eigenlijk van stikstof op de Drentse natuur en waar komt die stikstof vandaan? In de provincie liggen twaalf stikstofgevoelige natuurgebieden. RTV Drenthe ging ze alle twaalf bij langs. Hier bespreken we het Fochteloërveen.
FOCHTELOËRVEEN
Oppervlakte: 2596 hectare
Gemeenten: Midden-Drenthe, Noordenveld, Ooststellingwerf (Friesland)
Beheerders: Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Ministerie van Justitie en Veiligheid en particulieren
Landschap: Hoogveen
Bijzonder: Enige gebied in Nederland waar de drie slangen die in ons land voorkomen leven: de adder, de gladde slang en de ringslang
Voor bijna 60 procent van het Fochteloërveen geldt dat er meer dan twee keer zoveel stikstof neerkomt als de norm is. De meeste stikstof in het gebied komt van de landbouw. Het RIVM heeft berekend dat het om bijna 48 procent gaat. Dat komt dan weer voornamelijk door de koeien. Van de landbouw komt 39 procent van de koeien, zo'n 37 procent komt van het gebruik van mest.
Vooral in het noorden van het gebied landt er veel stikstof van de landbouw. Daar liggen vier agrarische bedrijven pal tegen het Fochteloërveen aan. Opvallend zijn echter de veehouderijen binnen tien kilometer om het gebied. Met 98 gaat het om relatief weinig bedrijven - gemiddeld liggen er in Drenthe 176 bedrijven in een straal van 10 kilometer om een stikstofgevoelig natuurgebied. Maar deze 98 stoten veel stikstof per jaar uit: in totaal 509.898 kilogram per jaar. Dat is bijna evenveel als de 255 bedrijven die binnen tien kilometer om het Holtingerveld liggen.
Na de landbouw is het buitenland grotendeels verantwoordelijk voor de stikstof in het gebied. Het gaat om net geen 36 procent, waarvan de buitenlandse landbouw de belangrijkste bron is.
Exotische planten
De Amerikaanse vogelkers en de trosbosbes. Twee exotische planten die het in het gebied erg goed doen. En deze twee planten doen het zo goed, door de stikstof in het gebied. Maar deze planten horen hier niet thuis en verdrijven de planten die wel thuishoren in het gebied. De soorten worden zo veel mogelijk verwijderd, maar dat vergt veel tijd en is een intensieve klus.
Het artikel gaat verder onder de foto:
Het Fochteloërveen bestaat veelal uit hoogveen, maar dat gaat door de droogte in het gebied achteruit. Door de stikstof neemt de droogte, een groot probleem in het gebied, ook nog eens toe.
Het artikel gaat verder onder de video:
Op een groot aantal plaatsen in het hoogveen is sprake van ernstige vergrassing, door een combinatie van stikstof en verdroging. Door stikstof ontstaat er een voedselrijker milieu. Bomen en de plant pijpenstrootje gedijen daarbij. Maar het pijpenstrootje en bomen verdampen meer water dan veenmos, dat juist veel in hoogveen aanwezig is. Die planten en bomen verergeren de verdroging dus.
Adder
De adder houdt vooral van de heidevelden in het gebied. Alleen is heide zeer gevoelig voor stikstof. Door die stikstof is er sprake van vergrassing in de heides. De droge heide, waar de adder en gladde slang vooral voorkomen, vormen een belangrijk onderdeel van het hoogveenlandschap. Deze heide functioneert onder meer als droog toevluchtsoord voor diverse dieren in het overwegend natte Fochteloërveen.
Maar om het hoogveen in het gebied in stand te houden, zijn maatregelen genomen die als gevolg hebben dat de gebieden natter worden. Daardoor neemt de populatie van de slangen af. Daarbij komen ook nog eens zo'n 20 adders per jaar om op de Fochteloërveenweg, waar ze -ondanks reptielwerende geleidscherm met passages- overreden worden.
Alle beetjes helpen
Langs het Natura 2000-gebied ligt ook een provinciale weg, de N919. Daar geldt een maximumsnelheid van 80 kilometer per uur. Aangezien er in het Fochteloërveen erg veel overbelasting is van stikstof, lijken alle beetjes te helpen. Ook verlaging van de maximumsnelheid van de weg. Maar, het RIVM heeft berekend dat een verlaging naar 50 kilometer per uur juist een toename van stikstof tot gevolg heeft.
Wegverkeer heeft overigens een beperkte invloed op het Fochteloërveen. Van alle stikstof in het gebied komt zo'n 5 procent van het wegverkeer. Opvallend is dat het Fochteloërveen het hoogste percentage stikstof vanuit de scheepvaart kent: 3,2 procent. Het gebied ligt in de buurt van de Drentsche Hoofdvaart, maar andere natuurgebieden liggen dichterbij deze vaarweg, of bij andere vaarwegen.
Het artikel gaat verder onder de video:
Verantwoording
De data die RTV Drenthe heeft gebruikt voor dit artikel komen van het AERIUS en de provincie Drenthe. AERIUS is een rekeninstrument van het RIVM. Met deze tool wordt de uitstoot van stikstof en de neerslag daarvan op Natura 2000-gebieden berekend. Het gaat om cijfers uit 2019. Dat zijn de meest recente cijfers.
Daarnaast is gebruik gemaakt van het beheerplan van Fochteloërveen.
RTV Drenthe heeft voor ieder stikstofgevoelig natuurgebied een artikel gemaakt over de herkomst en de gevolgen van de stikstof. Op het kaartje hieronder staat een overzicht van alle twaalf Drentse natuurgebieden. Als je op het gebied klikt, kun je een uitgebreid artikel lezen over de stikstof in dat natuurgebied.