Recreatie in de natuur verstoort de vogels in dat gebied. Het gaat niet zozeer om individuele bezoekers die een vogel laten schrikken, maar om de constante stroom mensen die ervoor zorgt dat vogels hun natuurlijke gedrag afbreken. Dit heeft gevolgen voor het aantal vogels, het broedsucces en de leefbaarheid van een natuurgebied.
Dat blijkt uit een onderzoek naar de effecten van recreatie op vogels dat is uitgevoerd in opdracht van Vogelbescherming. Ook activiteiten die veel in onze provincie plaatsvinden met ogenschijnlijk een lage impact zoals wandelen en fietsen hebben nadelige gevolgen vanwege de hoge intensiteit.
Vluchtafstand
Het onderzoek is een vervolg op een literatuurstudie uit 2008. In dat rapport lag de nadruk op de vluchtafstand, de afstand tot waarop een individuele vogel genaderd kan worden voordat hij wegvliegt. Uit de onlangs verschenen studie blijkt dat dit slechts één aspect van de verstoring is. Belangrijker is het negatieve effect op de populatie als geheel. "Wij pleiten dan ook voor het aanhouden van bufferzones in plaats van minimale vluchtafstanden", aldus onderzoeker Karen Krijgsveld. "Voor broedende vogels is die bufferzone twee keer de vluchtafstand."
Populaties
De effecten van een verstoring beginnen op individueel niveau maar kunnen doorwerken op populatieniveau. Wanneer bijvoorbeeld een fietser een vogel verstoort, leidt dit tot fysiologische gevolgen als gevolg van stress - bijvoorbeeld een verhoogde hartslag - en zichtbare gevolgen zoals opvliegen. Incidenteel heeft dit geen nadelig effect, vluchten voor predatoren is normaal gedrag voor een vogel. Maar wanneer dit lang aanhoudt, kan het gevolgen hebben voor het broedsucces en de overleving.
Wisselende impact
Verschillende soorten recreatie hebben een verschillende impact. Zo blijkt recreatie in de lucht en op het water van grotere invloed op vogels dan op het land. De impact neemt toe naarmate er luidruchtiger of meer gerecreëerd wordt. De impact neemt daarentegen af naarmate de voorspelbaarheid van het gedrag van bezoekers toeneemt. Vaste wandel- of fietsroutes en versperringen helpen daarbij net zoals aangelijnde honden.
De tekst gaat verder onder de foto
Struinen
"Wanneer vogels niet alleen langs paden maar in hun hele leefgebied worden verstoord, zul je ook effecten zien op populaties", zegt Krijgsveld. Zo is aangetoond dat struinen een behoorlijk effect heeft op vogels in de broedtijd. De afstanden waarover verstoring plaatsvindt, zijn groter en er zijn minder broedgevallen in de omgeving dan wanneer wandelaars vaste paden volgen. Ook loslopende honden hebben een grote invloed. Voor sommige vogelsoorten is recreatiedruk de belangrijkste reden voor achteruitgang.
Aankijken
Het gedrag van individuele bezoekers doet ertoe. "Voor een vogel is weinig zo eng als een mens die continu een telelens op hem richt en steeds dichterbij probeert te komen", aldus Krijgsveld. "Het zou goed zijn als de natuurliefhebbers niet alleen mopperen op mensen met loslopende honden of fietsers die buiten de paden crossen, maar ook elkaar aanspreken op verstorend gedrag."
Bossen
Het rapport gaat in op de effecten van recreatie in verschillende gebiedstypen of biotopen. Zo geldt voor een bos dat het effect van recreatie toeneemt naarmate het bos toegankelijker is voor bezoekers, met wandelpaden en parkeerplaatsen, en naarmate de intensiteit hoger is. Juist in het broedseizoen, wanneer het mooi weer is en veel mensen het bos opzoeken, kunnen de consequenties ernstig zijn in de vorm van verloren broedsels of kuikens van bijvoorbeeld de nachtzwaluw of de boomleeuwerik. Een belangrijke maatregel om verstoring in het bos tegen te gaan, is zonering: het concentreren van ruiter-, fiets- en wandelpaden en delen aanwijzen waar geen paden zijn.
Heide en hoogveen
In heide- en hoogveenlandschappen wordt op een vergelijkbare manier gerecreëerd als in het bos: er komen vooral wandelaars, fietsers en mountainbikers. Vooral de grondbroeders die in deze biotopen leven, zijn gevoelig voor verstoring. Nadelige effecten treden op wanneer de bezoekers, of honden, zich buiten de paden begeven. In het Fochteloërveen gaat het om zeldzame soorten zoals de roodborsttapuit, de blauwborst en het paapje. Voorlichting is van belang om verstoring te voorkomen. "Mensen hebben vaak geen idee wat voor effect ze hebben op vogels", aldus Krijgsveld.