In Drenthe komen verschillende soorten voor: de bosuil, de kerkuil, de ransuil, de steenuil, de velduil en sinds kort de oehoe. Elke uil heeft zijn eigen favoriete stekje. Om een glimp van deze statige dieren op te vangen, is het handig te weten welke uil je waar kunt spotten. Daarom een aantal tips waarmee je op zoek kunt naar uilen. Misschien hoor of zie je er wel eentje!
Alvast genieten van mooie beelden? Bekijk hier de special van ROEG! over uilen.
Bosuilen
De bosuil komt het meeste voor in onze provincie. Februari en maart zijn echte bosuil-maanden. De mannetjes veroveren een eigen plek en paren met een vrouwtje. Eind februari worden de jongen verwacht. In bijna elk Drents bos van enige omvang zitten bosuilen. Toch zul je ze niet snel zien, ze hebben schutkleuren en verschuilen zich overdag meestal in een boomholte. Als je tijdens een windstille, ijskoude en maanverlichte avond op pad gaat, heb je de meeste kans een bosuil te horen.
Het duurt nog even, maar op zondag 8 maart is het weer volle maan. Ga met de boswachter van Staatsbosbeheer op pad in het Drents-Friese Wold of op de Hondsrug en met een beetje geluk kom je een bosuil tegen.
Lees ook: De bosuilen laten zich weer zien en horen
Kerkuilen
De kerkuil is een zeldzame broedvogel maar dankzij de nestkasten van de kerkuilenwerkgroep Drenthe gaat het goed met deze uil. Kerkuilen nestelen zich vooral in boerderijen en schuren. Ondanks hun naam broeden ze nauwelijks in kerken. Ze komen vooral voor in de kleinschalige landschappen rondom Peize, Roden en Norg en in de omgeving van Uffelte en Havelte, Zweeloo en Gees, en Rolde en Amen. Pas wanneer het echt donker is, worden ze actief en zou je er eentje kunnen horen.
Vergeet niet om, als je op zoek bent naar uilen, ook naar de grond te kijken. Braakballen zijn namelijk een goede aanwijzing voor de aanwezigheid van een uil. Op donderdag 27 februari kunnen kinderen in het Bezoekerscentrum Dwingelderveld dergelijke uilenballen uitpluizen. Dit geeft een beeld van de dieren die op het menu van de uil staan.
Bekijk ook: Lentekriebels bij de kerkuilen
Ransuilen
De ransuil is herkenbaar aan zijn oranje ogen en de opgerichte oorpluimen. Ransuilen houden van open velden waar ze op veldmuizen kunnen jagen. Ze broeden vaak in oude nesten van eksters of kraaien. In de winter verzamelen ze zich in groepen in de buurt van plekken waar ze veel voedsel kunnen vinden. Dit zijn ook de plekken waar je het meeste kans hebt om ransuilen te zien.
Bekijk ook: Een cadeautje: een jonge ransuil
Steenuilen
Van oudsher komt de steenuil veel voor in het kleinschalige cultuurlandschap van Drenthe. Hij gaat mensen niet uit de weg en broedt vaak op boerenerven in boomholtes, rustige hoekjes in een schuur of in nestkasten. Om te schuilen en te jagen heeft hij behoefte aan een gevarieerd landschap met houtwallen en heggen, weiden en oude bomen, en paaltjes of andere zitplaatsen van zo'n anderhalve meter om vanaf te jagen. Belangrijke steenuilgebieden liggen in de omgeving van Ansen, Zuidwolde en Peize.
Lees ook: Steenuilenpopulatie groeit in Drenthe dankzij 'steenuil-vriendelijke' tuinen
Velduilen
Ook de velduil is een zeldzame broedvogel. Hij houdt van open terrein met een voorkeur voor moerassige gebieden en venen. Ze komen voor in het Fochteloërveen en in De Onlanden. Omdat deze uilen ook overdag jagen, bestaat de kans dat je er onderweg eentje spot. Neem bijvoorbeeld op zondag 8 maart deel aan de stiltewandeling van Natuurmonumenten in De Onlanden of wandel op eigen gelegenheid door het Fochteloërveen en wie weet...