Heeft de gemeente Noordenveld een onkruidprobleem? Volgens wethouder Meijer (VVD) van Noordenveld regent het op social media klachten over welig tierend groen maar heeft hij geen geld om daar wat aan te doen.
En dat vinden Immy Boonstra en Willie Riemsma van IVN Roden-Norg helemaal niet erg want: "Onkruid bestaat niet. Hooguit planten die op een plek staan waar je hem niet wilt hebben." Maar bestaat er dan zoiets als bijzonder onkruid - pardon: bijzondere planten op plekken waar je ze niet wilt hebben? We krijgen een rondleiding door het centrum van Roden.
Onkruid? Dat woord is voor ons vloeken in de kerk.
Immy BoonstraWe beginnen bij de Catharinakerk aan de Brink. De stukjes groen rond de straatbomen staan vol: "Ik tel hier zo al tien soorten" zegt Riemsma. "Paardenbloem, grote weegbree, Canadese fijnstraal, Engels raaigras, een hoornbloem, klein streepzaad, een basterdwederik, thijmereprijs. Het zijn floristisch niet heel bijzondere soorten maar het zijn er wel heel veel verschillende in zo'n klein stukje. Soms is het wel heel ruig, dan heb je al die hoge vaste grassen. Ik begrijp wel dat je daar wat aan wilt doen alleen: het staat er zo weer", zegt ze. "En als je daar echt wat aan wilt doen moet je de stikstofuitstoot aanpakken. Al die auto's, piesende honden en piesende mensen, dan groeien die planten hartstikke goed. Die passen zich gewoon aan. Dus als je de omstandigheden niet aan wilt pakken moet je het gewoon accepteren."
Immy en Willie zijn echte plantenzoekers. En ze kijken graag rond in een dorp of een stad, want daar valt volgens Willie Riemsma vaak meer te vinden dan in het buitengebied. "Dat wordt steeds ruiger. Er is bijna geen fatsoenlijke berm meer. Gemeenten doen wel aan ecologisch bermbeheer, maar het duurt jaren voor dat dat effect heeft. Dus ik begin stadsplanten steeds meer te waarderen."
Stadsplanten
Stadsplanten is een typische groep heel verschillende soorten. Het zijn soms ontsnapte tuinsoorten, zoals het kattenkruid en de blauwe verbena die we op de Albertsbaan tegenkomen. "Die zijn toch gewoon heel mooi", zegt Immy. We vinden ook vlinderstruik ("die zaait zich heel erg veel uit") en bij de bloemist in de Herestraat is een graslelie ontsnapt. "Zo kom je van alles tegen." Veel van die stadsplanten zijn aangepast aan het leven op een stoep. "Die groep noemen we de tredplanten. Dat is bijvoorbeeld de grote weegbree, die heeft heel taai blad, die kan heel veel hebben." Of bijvoorbeeld een soort als varkensgras: "dat ligt heel plat op de stenen, is ook heel sterk."
Snelle kiemers
Andere planten zijn typische eenjarigen. "Die vind je veel langs de waterlijn noem ik het maar, langs de stoepen. Daar blijft altijd wel wat vuil hangen en daar kiemen die planten in. Of in een mooi aangeharkt stukje, als de gemeente een plantenbak heeft schoongemaakt bijvoorbeeld. Die staat binnen de kortste keren weer vol vogelmuur."
Warmteminnaars
En wat je ook veel tegenkomt in een stad of dorp zijn de liefhebbers van warmte. Zo vinden we in de Herestraat in het winkelhart van Roden een relatieve nieuwkomer: straatwolfsmelk. En in een plantenbak staat een heuse tomaat. Compleet met tomaatjes. Riemsma kijkt daar al niet meer van op. "Die vinden we steeds vaker. Ook langs stoepranden. Ze worden vaak niet zo groot, maar ze staan er wel."
Het advies van de twee IVN-leden is dan ook: "Wethouder Meijer, maak je niet al te druk, het heeft maar heel beperkt nut. En als iemand zich er aan stoort, ga je niet beklagen op social media maar trek het er uit. Het komt toch wel weer terug. De natuur doet toch wat hij wil, daar is niet tegen op te schoffelen."