Nieuwe vogelatlas: kaalslag op het platteland, groei in de bossen

Dinsdag 27 November 2018
  • De rode wouw is nieuw in onze provincie (foto: Geert Drogt)

De vogelbevolking van Drenthe is de afgelopen 40 jaar dramatisch veranderd. Dat blijkt uit de nieuwe vogelatlas, die afgelopen weekend werd gepresenteerd.

Tussen 2013 en 2015 is de vogelstand van ons land onderzocht. In Drenthe waren zo'n honderd vogeltellers actief. Die moesten volgens een vaste methode op pad om broedvogels en wintervogels te tellen.

'Maar drie paar grutto's'
Uit het onderzoek kwam naar voren dat vooral weidevogels en akkervogels het zwaar hebben. Vogelteller Arend van Dijk uit Uffelte is één van de samenstellers van de nieuwe Vogelatlas. Zelf telt hij al jaren de vogels in Zuidwest Drenthe en hij ziet de afname van plattelandssoorten. "Toen ik 40 jaar geleden begon telde ik nog duizend paar grutto's" vertelt hij. "Nu nog maar drie."

En er zijn meer soorten vogels die het zwaar hebben, zoals vogels die op heideterreinen broeden. De korhoen is bijvoorbeeld al jaren verdwenen uit onze provincie, net als in de rest van ons land.

Grauwe klauwier in het Bargerveen
Andere soorten doen het daarentegen weer goed. Opvallend zijn bijvoorbeeld de grauwe klauwier en de nachtzwaluw. De grauwe klauwier nam in de vorige eeuw steeds meer af tot er in de jaren 80 nog maar weinig in ons land broedden.

Toen volgde het wonder van het Bargerveen: daar gingen in korte tijd tientallen grauwe klauwieren broeden, en daar vanuit koloniseerden ze de rest van ons land. En Drenthe is nog steeds een belangrijk bolwerk voor de grauwe klauwier. 

Ook de nachtzwaluw is in onze provincie fors toegenomen. Dat deze twee soorten het goed doen is opvallend omdat ze voor hun voedsel afhankelijk zijn van grote insecten. En het aantal insecten neemt juist af. 

Vogelprovincie?
Is Drenthe een goede vogelprovincie? Onder fanatieke vogelkijkers heeft onze provincie geen goede naam: zij vinden dat je voor echte vogels aan de kust moet zijn. Probeer in Drenthe maar eens een bladkoninkje of een pijlstormvogel te zien!

Maar uit de cijfers blijkt toch iets anders: Zuidwest Drenthe en het aangrenzende Noordwest Overijssel horen tot de belangrijkste vogelgebieden van ons land. Dat heeft voor een deel met het afwisselende landschap te maken. Je hebt er de heide en bossen van de Havelterberg en aan de andere kant de moerassen en natte weilanden van de Wieden en Weerribben.

Arend van Dijk-effect
Maar de vogelrijkdom van dit gebied heeft ook te maken met het Arend van Dijk-effect: hij onderzoekt het gebied al 40 jaar - en dat doet hij heel grondig.

"In mijn telgebied zijn de patrijzen verdwenen", zegt Arend van Dijk. "Maar wie had ooit kunnen verwachten dat er rode wouwen zouden komen? Ik ben een optimistisch mens en kijk vooral naar de positieve kanten. En Drenthe doet het niet slecht in vergelijking met de rest van het land. Ik zou zeggen dat ongeveer de helft van de soorten het slecht doet, en de andere helft doet het goed". 

Bossen en moerassen
Over het algemeen doen vogels van bossen en moerassen het goed. Dat heeft te maken met het ouder worden van de bossen en de aanleg van nieuwe natuurgebieden. Die nieuwe natuurgebieden zijn vaak ook ingericht als waterberging, en dus geschikt leefgebied voor water- en moerasvogels.

De Onlanden in Noord Drenthe is hier een goed voorbeeld van. Dit gebied is belangrijk voor moerasvogels als de roerdomp, de rietzanger en verschillende soorten rallen.

Oude bossen
Ook de middelste bonte specht heeft al een aantal jaar een plekje in onze provincie gevonden. De vogel houdt van oude bossen en  broedt sinds enkele jaren in onze provincie. Ander bosvogels zijn de boomklever en de grote bonte specht, die je in deze tijd van het jaar bijna overal kunt tegenkomen.

En dan heb je natuurlijk nog de nieuwkomers: de kraanvogel die op steeds meer plaatsen broedt en de rode wouw, een grote roofvogel die sinds kort in onze provincie nestelt.

Door: Jan Dijk

Contact
opnemen