De bijl die onlangs werd gevonden op de bult met keien bij het Hunebedcentrum in Borger, blijkt in meerdere tijdperken te zijn gebruikt. Welke dat precies zijn is nog niet bekend, maar het gereedschap heeft, naast een functie als bijl, ook als slijpsteen gefungeerd.
De ontdekker van de bijl, archeologiestudent Ryszard Rubisz uit Almere, ging een ogenschijnlijk 'gewoon' dagje tegemoet met zijn studievereniging. Tijdens een schooltrip naar het Hunebedcentrum in Borger nam hij een kijkje op een metershoge keienbult en hier deed hij een grote archeologische vondst. De student vond een bijl van duizenden jaar oud.
"Ik was helemaal verbaasd dat ik de bijl had gevonden, want die lag gewoon aan het oppervlak. Hier hadden al wel honderden mensen overheen gelopen", vertelt Rubisz trots. Hij kreeg samen met zijn studiegenoten een rondleiding van Fred van den Beemt, archeoloog en vrijwilliger bij het Hunebedcentrum.
'Ze waren er niet weg te slaan'
"Zij vlogen er direct op af", zegt Van den Beemt lachend. Je hoeft archeologiestudenten maar één keer te vertellen waar eeuwenoude voorwerpen kunnen liggen, en dan zijn ze daar niet meer weg te slaan, legt de archeoloog uit. "Het grappige is dat dit bijltje al na vijf minuten was gevonden. Het viel vooral op door de vreemde vorm, toen hadden we al gauw in de gaten dat het om een bijl ging."
De archeologiestudent was op zoek naar een steen die er niet natuurlijk uitzag. "Deze viel op, omdat de steen heel erg symmetrisch is en dat is normaal gesproken niet zo."
Merkwaardige bijl
Na de langwerpige steen bestudeerd te hebben, kwamen de medewerkers van het Hunebedcentrum er achter dat dit niet zómaar een bijl is. "Er is iets merkwaardigs met deze bijl. De steen is namelijk aan twee kanten bewerkt, wat betekent dat hij waarschijnlijk in twee tijdperken een functie heeft gehad. In de steentijd heeft dit gefunctioneerd als bijl, maar in de Middeleeuwen als slijpsteen", zegt Van den Beemt.
Dit viel ook de toekomstige archeologen op, omdat de ene kant van de steen vlak is en de andere kant een kleine bolling heeft. Van den Beemt: "Als je slijpstenen vindt, dan komen die meestal uit de Middeleeuwen of later. Uit de prehistorie vind je dit soort slijpstenen bijna niet."
Schenking
Rubisz heeft niet lang hoeven nadenken of hij de bijl wilde schenken aan het Hunebedcentrum. "Uiteindelijk gaat de bijl toch bij mij onderin een lade belanden. Het Hunebedcentrum kan het nu tentoonstellen en er meer onderzoek naar doen. Toch heb ik er wel een klein beetje spijt van, maar het is voor het goede doel."
Om achter de gehele geschiedenis van de bijl te komen, wordt deze bestudeerd door een archeoloog die gespecialiseerd is in voorwerpen van meer dan 4.000 jaar oud.
Thuis ook zo'n steen?
De metershoge keienbult ligt al drie jaar op het terrein van het Hunebedcentrum. "Eerst was de bult nog wel een paar meter hoger, maar als kinderen hier op spelen nemen ze vaak een steen mee naar huis", vertelt de vrijwilliger van het Hunebedcentrum. Van den Beemt kan lachen om het idee dat er misschien wel kinderen thuis zitten die hier een prachtige archeologische vondst hebben gedaan. "Dat komen we nooit te weten. Dat weten wij niet, maar zij al helemaal niet", zegt hij met een lach.
Rubisz hoopt dat dit niet de laatste keer is dat hij een archeologische vondst doet: "Ik hou mijn vingers gekruist. En anders kom ik weer even lopen over de keienbult." De kans is groot dat de bult nog vol zit met verborgen pareltjes. "Iedereen is welkom om hier even te komen speuren", zegt Van den Beemt.