De herfst is normaal gesproken dé tijd van de paddenstoelen. Je ziet ze hier en daar ook wel, maar in een aantal natuurgebieden zijn er fors minder. Sommige natuurorganisaties zijn genoodzaakt om hun paddenstoelexcursies af te blazen, omdat er simpelweg geen paddenstoelen te vinden zijn op de wandelroute.
Natuurgids Jaap Veneboer van IVN en KNNV noemt de situatie "erg droevig." Tijdens de paddenstoelenwandelingen die hij leidt, komt Veneboer aanzienlijk minder paddenstoelen tegen dan voorgaande jaren. "Zelfs in de zogenoemde 'Drentse kroonjuwelen', waar veel paddenstoelen zouden moeten staan, is bijna niets te vinden. In Gieten bijvoorbeeld, zagen we deze week niet meer dan 100 soorten, terwijl dat er vorig jaar nog meer dan 270 waren."
Schimmel zit er
Dat er weinig paddenstoelen te zien zijn, betekent niet dat er geen schimmels meer zijn. Schimmels, ook wel zwammen genoemd, bestaan namelijk uit twee delen; paddenstoelen vormen het zichtbare vruchtlichaam. Die vruchtlichamen produceren de sporen [zaden] die nodig zijn voor voortplanting. Onder de grond of in een boomschors, leeft de rest van de schimmel in de vorm van dunne, kleurloze draden; ook wel het mycelium genoemd.
"Dat netwerk van schimmeldraden zit er wel; ook nu. Maar het heeft de juiste omstandigheden nodig om zich te ontwikkelen tot een vruchtlichaam boven de grond. Die omstandigheden ontbreken dit jaar", vertelt Veneboer.
Afbrekers en samenwerkers
Wat een paddenstoel nodig heeft, hangt af van het soort. Joop Verburg, voorzitter van Natuurvereniging Zuidwolde en expert op het gebied van paddenstoelen, legt uit dat er twee verschillende groepen paddenstoelen zijn. "De eerste groep bestaat uit schimmels die afbreken; zij zijn belangrijk voor het opruimen van organisch materiaal van bomen, takken en bladeren. Deze afbrekers hebben vaak een bepaald soort voedingsbodem nodig. De eikeldopzwam kan bijvoorbeeld niet groeien zonder eikels."
(tekst gaat verder onder afbeelding)
Verburg: "De tweede groep bestaat uit de samenwerkers; de schimmels die in harmonie, oftewel symbiose, leven met bomen, planten en kruiden. Deze schimmels krijgen voedingsstoffen van hun gastheer en geven water en suikers terug. Een voorbeeld van zo'n symbiont is de vliegenzwam die samenwerkt met de berk."
Verpieterd door de droogte
Dat maar weinig vruchtlichamen groeien, komt volgens Veneboer vooral door de droogte. Paddenstoelen groeien namelijk door zich vol te zuigen met water. In die delen waar veel bomen gekapt zijn, is die droogte verergert. Bijvoorbeeld in gebieden waar de letterzetter heeft huisgehouden en bomenkap noodzakelijk was. "In een laatste overlevingspoging houden afgezaagde boomstronken al het vocht vast, waardoor er niks overblijft voor de paddenstoelen", legt Veneboer uit. "De grotere soorten, zoals de reuzenwam en de vliegenzwam, overleven het wel, maar de kleinere en bijzondere soorten hebben het moeilijk."
Volgens Verburg lijden vooral gras- en heidepaddenstoelen onder de droogte. Een voorbeeld daarvan is de inktzwam; die probeert wel door te komen, maar verpietert direct door een tekort aan vocht. "We komen er nog weleens een tegen; ze zien er echt krakkemikkig uit dit jaar", zegt Veneboer.
Bospaddenstoelen schieten wel uit de grond
Niet alle paddenstoelen doen het slecht. Na de regen van afgelopen weken schieten de paddenstoelen in het bos uit de grond. "Korstzwammen, gewoon donsvoetjes en zwavelkopjes zijn echt volop te vinden", vertelt Verburg. "Normaal gesproken komen die in augustus al tevoorschijn, maar door de droge zomer duurde dit langer. Dat is helemaal niet erg. Ieder jaar is anders."
Excursie en lezing
Toch nog het meeste halen uit dit paddenstoelenjaar? Kom naar de lezing en excursie van Jaap Veneboer. Voor meer activiteiten zie de agenda van ROEG!.