"We hebben het zwaar onderschat" zegt Ben Hoentjen van de Werkgroep Florakartering Drenthe. Hij werkt samen met een aantal andere plantenliefhebbers aan een nieuwe atlas van de Drentse flora. De vorige kwam in 1999 uit en is een kloek boekwerk van bijna 800 bladzijden. Hoentjen zegt vooral veel werk te hebben aan allerlei bijzondere soorten planten: "Er wordt heel veel aangerommeld."
De Drentse bermen zien er tegenwoordig vrolijk uit met allerlei wilde bloemen. Maar plantenliefhebbers zien dat met lede ogen aan. Want met de beste bedoelingen worden er allerlei soorten ingezaaid die hier helemaal niet thuis horen.
Duifkruid en margrieten
Het gaat dan om plantensoorten die tegenwoordig heel gewoon zijn, zoals duifkruid. Maar ook een soort als de margriet komt van oorsprong bijna niet in Drenthe voor, net als bijvoorbeeld wilde peen en knoopkruid. Hoentjen: "In Drenthe groeiden van nature plantensoorten van arme bodems. In de mengsels zitten vaak soorten uit het rivierengebied. Het zijn mooie soorten, maar ze horen hier niet thuis."
De Drentse plantenwerkgroep heeft meegeholpen bij het veiligstellen van een aantal soorten: "Denk aan de blauwzwarte rapunzel en de stengelloze sleutelbloem. Dat hebben we gedaan met zaad dat uit onze provincie komt, dus met planten die hier thuis horen", legt Hoentjen uit.
Hoentjen ziet met lede ogen aan dat niet iedereen even nauwkeurig omgaat met planten: "Als je ziet wat er gesleept wordt met soorten, dan denk je: 'Dat moeten we eigenlijk niet willen. Dat is een groot probleem.' Zo langzamerhand weten we niet meer wat wild is en wat niet wild is."
Een voorbeeld is eenbes, een bosplant: "Die is bijvoorbeeld bij Emmen uitgezet door een liefhebber. We hebben er voor onze atlas handenvol werk aan met al dit soort vreemde waarnemingen. Drenthe is hierdoor ook zijn eigen floristische karakter kwijt. Daar is niks meer van over. Overal staat alles."
Levend archief
Om zoveel mogelijk van de floristische rijkdom van ons land te behouden is een aantal jaar geleden het Levend Archief opgericht. Dat is een zadenbank die in Wageningen zoveel mogelijk bijzondere soorten bewaart. Het is de bedoeling dat er dit jaar ook in Drenthe zaden gewonnen worden. "We zijn hier nog met de provincie in overleg, maar men wil graag meewerken", zegt Sascha van der Meer van plantenorganisatie FLORON.
De bedoeling is dat zo typisch Drentse soorten worden veiliggesteld: "Het gaat dan bijvoorbeeld om die heischrale graslandsoorten. Als dan op een gegeven moment de omstandigheden hersteld zijn kunnen die weer uitgezaaid worden en zijn ze dus niet verloren."
Voor het bewaren van de zaden wordt er samengewerkt met het Centrum voor Genetische Bronnen van de Wageningen Universiteit. Van der Meer: "Dat bewaart al heel lang allerlei landbouwgewassen en daar is heel veel kennis aanwezig." De zaden worden gedroogd en ingevroren, zodat ook zaden die heel snel hun kiemkracht verliezen goed bewaard worden. Welke Drentse planten er bewaard worden is volgens Sascha van der Meer nog niet bekend: "Het gaat in principe om Rode Lijstsoorten met een sterke binding met Drenthe, maar dat hangt ook van de provincie af."