De bever voelt zich goed thuis in Drenthe. In de jaren tachtig van de vorige eeuw werd begonnen met de herintroductie van het grootste knaagdier van Europa. Tegenwoordig wordt aangenomen dat er in heel Nederland zo’n negenhonderd tot duizend bevers leven.
In Groningen en Drenthe leven ongeveer honderdtwintig tot honderdvijfenveertig bevers. Hiervan bevindt het grootste deel zich in Drenthe. “De bever zit voornamelijk in het dal van de Hunze en het Zuidlaardermeer. Daarnaast leeft er ook een handjevol in de Drentsche Aa. In Tusschenwater is de bever al wel geweest, want we hebben daar vraatsporen gevonden, maar we kunnen niet zeggen of ze daar ook wonen”, vertelt Bertil Zoer van Het Drentse Landschap.
Zie ook: Beelden van eigenwijze bevers
Terug in de tijd
De laatste bever in Nederland werd in 1826 gedood. Voor zijn uitsterven werd er veel op de bever gejaagd. Niet alleen zijn pels was geliefd, maar ook het vlees. Daarnaast was ook het bevergeil populair. Dit goedje, afkomstig uit de anaalklieren, werd gebruikt in geneesmiddelen en parfums. Er werd ook op de dieren gejaagd omdat koeien hun poten braken als ze in de ondergronds holen van de bever stapten.
Vijf beverfeiten: - Het dier is zeventig tot honderd centimeter lang. - De bever eet bloemen, kruiden, grassen en wortels. - Zijn grote voortanden zijn het meest kenmerkend. Hiermee kan hij allerlei soorten hout doorknagen om zijn burcht mee te bouwen. - Het knaagdier kan wel vijftien minuten onder water blijven. - De bever is voornamelijk ’s nachts actief. |
Bevers uitgezet
In 1988 werden er bevers in de Biesbosch uitgezet. Deze waren gevangen in Duitsland. In de loop van de jaren zijn er ook bevers uit Duitsland naar Limburg gekomen. Daarnaast werden er bevers uitgezet in de Gelderse Poort, een natuurgebied onder Arnhem. Ook enkele bevers die ontsnapten uit Natuurpark Lelystad en Ouwehands Dierenpark vestigden zich in het wild.
In Drenthe werden in 2008 de eerste bevers uitgezet langs de Hunze en het Zuidlaardermeer. Volgens Zoer is dit enerzijds gedaan omdat bevers een positieve invloed hebben op de biodiversiteit. “Anderzijds is de bever door de mensen uitgeroeid. Het uitzetten van de bever is ook het inlossen van een soort ereschuld”, legt Zoer uit.
Situatie in Drenthe
Het gaat goed met de bever in Drenthe, maar volgens Zoer zijn we er nog niet. "We moeten naar een gezonde vatbare populatie toe die zich ook naar andere gebieden kan verspreiden. De populatie is daar nu nog te klein voor.”
De aanwezigheid van bevers in Drenthe is volgens Zoer niet alleen goed voor de biodiversiteit in de provincie, maar ook voor de waterhuishouding. “Normaal gesproken staat het water hoog genoeg. De droogte van de afgelopen zomers heeft ervoor gezorgd dat er op twee plekken in Drenthe bevers dammen zijn gaan bouwen. Ze spelen dus een rol in de waterhuishouding door water in een gebied vast te houden.” Op deze manier zorgen bevers er zelf voor dat ze geen last hebben van de droogte.
Loes nam samen met boswachter Kees van Son van Staatsbosbeheer een kijkje bij een beverdam in de Drentsche Aa.