Boswachter Evert Thomas is eigenlijk op zoek naar een oranjetipje als hij een landkaartje ziet zitten. De vlinder warmt zich met gespreide vleugels aan het voorjaarszonnetje en laat zijn felle kleuren zien.
Het landkaartje is uniek. "Het bijzondere aan deze vlinder is dat hij twee verschijningsvormen heeft", aldus Thomas. "Nu zijn de vleugels oranje dooraderd met zwarte draadjes. In de zomer ziet de vlinder er heel anders uit, dan zijn de vleugels meer zwart met wit."
Generaties
De vlinders wisselen niet van gedaante in de loop van het jaar. Het gaat om verschillende generaties die op een ander moment tevoorschijn komen. De eerste generatie vlinders overwintert als pop en laat zich in april zien. Ze planten zich voort en sterven. De nakomelingen van deze generatie verschijnen vanaf juli. Dat komt bij meerdere vlindersoorten voor, maar bij het landkaartje kun je aan het uiterlijk zien of je met een voorjaarsvlinder of met een latere generatie te maken hebt. Sinds de twintigste eeuw is er door klimaatverandering zelfs sprake van een derde generatie. Deze vlinders vliegen in september en zien er hetzelfde uit als de tweede generatie.
Kieskeurig
De rupsen van het landkaartje eten alleen brandnetels. Na de paring zet het vrouwtje haar eieren af onder de bladeren van deze planten in korte eierstrengen van maximaal tien eitjes per streng. Op één blad kunnen tientallen eitjes zitten. Via de zijkant van de eitjes kruipen de jonge rupsen naar buiten. In eerste instantie leven ze nog samen, maar volgroeide rupsen leven alleen. Ze verpoppen op of in de buurt van de brandnetel.
Talrijk
Tot de jaren dertig van de vorige eeuw was het landkaartje een zeldzame vlinder in ons land maar daar is sindsdien verandering in gekomen. De vlinder is erg mobiel en kan daardoor vrij makkelijk naar nieuwe gebieden trekken. Het verspreidingsgebied is in de loop der jaren groter geworden en de vlinder komt tegenwoordig zelfs op de Waddeneilanden voor.