Sommige mensen gruwelen ervan en grijpen naar de stofzuiger, anderen vinden het prachtige beestjes en gaan er juist naar op zoek: spinnen. In de herfst kom je ze overal tegen: in het bos, in de tuin en in huis. Daarom beantwoorden we vandaag drie vragen over de spin.

Hoeveel spinnen zijn er?
Wereldwijd kennen we ruim 45.000 verschillende soorten spinnen, in Nederland leven bijna 700 soorten. Ze verschillen sterk van elkaar qua uiterlijk, gedrag en voedselvoorkeur. Zo hebben sommige spinnen felle kleuren en zijn anderen juist goed gecamoufleerd.

De wespspin bijvoorbeeld is een opvallende verschijning. Het vrouwtje heeft een groot achterlijf met gele, witte en zwarte strepen die doen denken aan een wesp. Ook de slanke kogelspin valt op door een erg groot achterlijf. De grindwolfspin daarentegen is licht van kleur en valt nauwelijks op wanneer hij op grind zit.

Welke spinnen vind je dicht bij huis?
Dat zijn er nogal wat, bijvoorbeeld de gewone huisspin die je in huis en op de buitenmuur kunt vinden en de grote trilspin die in huis leeft. De grote trilspin dankt zijn naam aan de manier waarop hij zichzelf verdedigt: bij een bedreiging begint deze spin zo hard te trillen dat hij er van om zijn as draait. 

Op YouTube laat Hub Moens zien hoe een trilspin beweegt.


Andere soorten zijn de kruisspin, met een wit kruis op het achterlijf, en de herfsthangmatspin, van wie het web lijkt op een hangmat. In de tuin kun je het groen kaardertje tegenkomen. Je moet dan wel goed zoeken, deze spin leeft op blaadjes in de struiken maar valt nauwelijks op dankzij een groen achterlijf.

Zijn spinnen giftig?
Van alle soorten die we kennen zijn er maar een paar giftig voor de mens. In ons land leven echter geen giftige spinnen. Wel kunnen sommige spinnen lelijk bijten, zoals de kerkzesoog of Florentijnse muurspin. Deze spin, afkomstig uit het Middellandse Zeegebied, heeft grote kaken en een beet kan flink pijn doen. De kerkzesoog komt in het zuiden van Nederland voor, maar niet in onze provincie.

Andere spinnen om voor op te passen zijn de grote oeverspin en de roodwitte celspin. De grote oeverspin is een zeldzame spin van wie de beet net zo vervelend is als een wespensteek. De roodwitte celspin staat bekend als vrij agressief en de beet is behoorlijk pijnlijk.

Tot slot misschien wel de meest beroemde spin: de zwarte weduwe. De bijt van het vrouwtje kan soms ernstige gevolgen hebben, voor de mannetjes die ze na het paren vaak aanvalt en doodt, maar ook voor de mens. Wij hebben er geen last van want de zwarte weduwe leeft niet in Nederland. Al wordt er sporadisch een exemplaar aangetroffen, zoals in 2008 in een autogarage in Assen.

Wil je zelf op zoek naar spinnen? IVN Regio Noord heeft een zoekkaart gemaakt. Je kunt deze zoekkaart hier bestellen.