Biodiversiteit in de Veenkoloniën kan veel beter door loslaten van ‘strak, kort en netjes’

Maandag 13 Februari 2023
  • Er liggen veel kansen voor meer biodiversiteit in de Veenkoloniën (Rechten: RTV Drenthe)
  • Een kant gemaaid, de ander niet: goed voor de biodiversiteit (Rechten: Natuur_Buinen)
  • Kortgemaaide bermen: niet goed voor de biodiversiteit (Rechten: Natuur_Mondenweg)

Boeren en overheden in de Drentse en Groningse Veenkoloniën kunnen zonder al te veel moeite de biodiversiteit in het gebied verbeteren. Door relatief simpele maatregelen te nemen, kan er een veel beter leefgebied voor planten en dieren ontstaan dan nu mogelijk is.

Welke maatregelen dat zijn, staat in een rapport van de Agenda voor de Veenkoloniën. Dat is een samenwerkingsverband tussen de provincies Drenthe en Groningen en gemeenten en waterschappen in het Veenkoloniale gebied.

Aan de slag in het kanaal

"Op deze plek zie je hoe makkelijk het is om iets te doen voor biodiversiteit." Ecoloog Raymond Klaassen van de Rijksuniversiteit Groningen wijst naar een op het oog doodnormaal kanaal tussen de landerijen langs de Koedijksweg. Riet langs de oevers ruist in de wind en op het wateroppervlak ligt een dun laagje ijs.

Toch bewijst juist deze plaats tussen Buinen en Drouwenerveen volgens hem dat het helemaal niet zo lastig is om dier- en plantensoorten terug te krijgen in de Veenkoloniën. "Hier maaien ze maar langs één kant van het water. Aan de andere kant blijft een soort ruigte staan, waar allerlei insecten een plek vinden om te overwinteren."

Vogels komen terug

Klaassen wil net uitleggen waarom dat goed is voor andere dieren én voor de boeren, als hij plots zijn verrekijker grijpt. "Wacht even hoor, want ik zie echt iets bijzonders. Daar vliegen wel dertien, veertien, vijftien grauwe gorzen!", roept hij, terwijl er een zwerm vogels ter grootte van een mus voorbij vliegt.

Wanneer ze zijn verdwenen in het struikgewas, legt Klaassen zijn enthousiasme uit. De grauwe gors is namelijk ernstig bedreigd en staat op de rode lijst van de Vogelbescherming. "Vroeger kwamen grauwe gorzen hier overal voor, maar al tientallen jaren vind je ze bijna niet meer. Dit is de eerste keer dat ik ze in Drenthe zie."

(Tekst gaat verder onder de foto's)

Goed voor natuur én boer

Behalve de grauwe gors vliegen er tientallen geelgorzen heen en weer tussen de struiken en een graanveld. Volgens Klaassen is dat niet toevallig. "Dat is een wintervoedselveldje: een akker met tarwe die de boer bewust niet geoogst heeft. In de winter kunnen akkervogels schuilen in de struikjes en voedsel zoeken op de akker."

Niet alleen de gorzen, maar ook boeren hebben er volgens Klaassen baat bij om graan te laten staan. Ze kunnen subsidie krijgen voor natuurbeheer, maar ook voor de gewassen die ze oogsten is meer biodiversiteit goed. "Het levert bijvoorbeeld nieuwe insecten op die je weer helpen om plaaginsecten weg te houden uit je akkers."

De ecoloog zou graag zien dat er op meer plekken in de Veenkoloniën wintervelden, ruige bermen en ongemaaide oevers komen. Grote delen van het gebied zijn nu wat hem betreft 'te netjes' onderhouden, waardoor er weinig eten en schuilplaatsen meer zijn voor dieren. Die vertrekken dan en komen niet zomaar meer terug.

In deze video legt ecoloog Raymond Klaassen uit wat er allemaal kan worden gedaan om de biodiversiteit in de Veenkoloniën te versterken:

Kort, strak en netjes

Het kanaal tussen Buinen en Drouwenerveen is een Veenkoloniale uitzondering. Veel meer plekken liggen er wat betreft biodiversiteit belabberd bij. De sloten en bermen langs de Drentse Mondenweg tussen Nieuw-Buinen en 1e Exloërmond bijvoorbeeld, waar zelfs in weggegooide blikjes frisdrank geen beestje te vinden is.

Aan weerskanten van de weg zijn alle planten erg kort gemaaid. Vogels zijn nergens te bekennen. Een groot verschil met het kanaal en de sloten langs de Koedijk. En dat is onnodig, denkt programmamanager Peter Gelling van de Agenda voor de Veenkoloniën.

"In Nederland houden we van kort, strak en netjes. Maar je zou dat best op een andere manier kunnen vormgeven zonder geweld aan te doen aan de waterafvoer door de sloten en de akkers die hier zijn", vertelt Gelling.

Kleine ingreep, groot resultaat

Hij hoopt overheden en boeren ervan te overtuigen om aan de slag te gaan met natuurprojecten om meer leven terug te krijgen in de Veenkoloniën. Alleen moet men dat wel breken met het principe dat alles er altijd maar keurig en netjes bij moet liggen.

Gelling: "Je ziet op sommige plekken al hoe mooi het kan zijn. Kleine ingrepen in het landschap kunnen al een groot resultaat hebben en juist hier, met al die uitgestrektheid van sloten en bermen, kun je daar gebruik van maken."

Ecoloog Klaassen sluit zich daarbij aan. Volgens hem hoeft het helemaal niet lang te duren voordat de natuur zich kan herstellen. "De soorten zijn er nog wel, maar in lage aantallen. Als het ons lukt om die maatregelen te treffen, dan verwacht ik dat er zeker meer soorten terugkomen."

Afbeelding
De Veenkoloniën strekken zich uit van Emmen tot aan Hoogezand (Rechten: Agenda voor de Veenkoloniën)

Contact
opnemen